Als je wil beleggen in een fonds heb je keuze uit een heel groot assortiment. Maar waar moet je nu op letten? Eerst en vooral moet je voor jezelf bepalen hoeveel risico je wil nemen. Daarnaast kan je ook best kijken naar het rendement. Er zijn drie belangrijke factoren die dat rendement bepalen: de prestaties van het fonds, de kosten en de fiscaliteit die van toepassing is. In dit artikel gaan we dieper in op de belangrijkste verschillen in fiscaliteit tussen bancaire fondsen en fondsen van tak 23 (de beleggingsverzekeringen).
Als je de taksen onder de loep neemt, zal je merken dat er een belangrijk verschil is tussen bancaire fondsen en fondsen van tak 23. Dat heeft vooral te maken met het moment waarop de belastingen worden geheven: bij storting, voor de beleggingsverzekeringen, of bij afkoop (wanneer je het geld uit het fonds haalt), voor de beleggingsfondsen.
Fiscaliteit bij beleggingsverzekeringen (tak 23)
Bij beleggingsverzekeringen (tak 23) die geen specifieke garanties of verbintenissen bieden (zoals Yongo), is de fiscaliteit eigenlijk heel eenvoudig en transparant. Je betaalt eenmalig 2% premietaks op elke storting en daar blijft het bij. Als je 100 euro stort, is 2% premietaks inbegrepen. Je belegt dan 98,04 euro (excl. instapkosten) en betaalt 1,96 euro premietaks (2% van 98,04). Het grote voordeel van deze manier van beleggen is dat de meerwaarde niet belast wordt en dus volledig aan jou wordt uitgekeerd!
Fiscaliteit bij bancaire fondsen
Bij bancaire fondsen is er geen premietaks op je stortingen, maar er kunnen wel twee belastingen worden geheven op het geld dat je uit het fonds haalt (afkoop). Of ze effectief van toepassing zijn en welk percentage het dan is, hangt af van de samenstelling van het fonds en van de manier waarop de dividenden worden beheerd (kapitalisatie of distributie).
Roerende voorheffing
Bij bancaire fondsen met meer dan 10% in rentedragende producten (zoals obligaties) betaal je bij afkoop 30% roerende voorheffing op de meerwaarde die afkomstig is van dat gedeelte van het fonds.
Als het fonds een dividend uitkeert (distributie) in plaats van het dividend opnieuw te investeren in het fonds (kapitalisatie) betaal je 30% roerende voorheffing op het uitgekeerde bedrag.
Taks op beursverrichtingen (beurstaks)
Voor kapitalisatiefondsen betaal je 1,32% beurstaks op het opgenomen kapitaal (dus bij verkoop), met een maximum van 4.000 euro per keer. Ook als je geen winst zou maken of bij verlies, betaal je deze taks.
Voor distributiefondsen is er geen beurstaks.
Welk type fonds is fiscaal voordeliger?
Bij tak 23 betaal je een taks op het geld dat je belegt. Bij bancaire fondsen betaal je taksen en belastingen op het geld dat je uit het fonds haalt.
Dat maakt het eigenlijk onmogelijk om op voorhand te zeggen welk type fonds fiscaal voordeliger is. De premietaks kan je perfect op voorhand berekenen, de roerende voorheffing en beurstaks niet, want die hangen af van de prestaties van het fonds en die weet je pas op het moment dat je eenheden van het fonds verkoopt.
Vergeet echter niet dat fiscaliteit slechts één aspect is. Daarom loont het zeker de moeite om ook de instap-, uitstap- en beheerskosten te vergelijken, want die hebben ook een impact op je rendement.
Ben je geïnteresseerd in een beleggingsverzekering (tak 23) zonder instapkosten?